Een homeopatisch middel spreekt het natuurlijk herstelvermogen van de mens aan. Homeopathische middelen geven een energetische prikkel waardoor lichaam en geest worden aangespoord om de oorzaak van de klachten aan te pakken en zo weer in balans te komen. Hoe meer verdund en geschud, hoe meer verfijnd de energie van de substantie in het homeopatische middel terecht komt en ook hoe krachtiger de werking is in het menselijk organisme.
Vergiftigingsverschijnselen voorkomen
Als het lichaam een wezensvreemde stof niet afdoende kan afvoeren, heeft dit uitwerking op het organisme. Acute of chronische ziekten kunnen het gevolg zijn. Om vergiftigingsverschijnselen te voorkomen worden homeopathische middelen niet in hun oorspronkelijke vorm toegediend. Denk bijvoorbeeld aan het middel Lachesis, dat gemaakt is uit slangengif. De middelen worden eerst meerdere malen verdund en krachtig geschud (potentiëren).
Geneeskrachtige reactievermogen activeren
Met het potentiëren wordt de directe (giftige) werking van de stof ontkracht. Het op die manier verkregen middel is daarmee drager van de energie, die het geneeskrachtige reactievermogen van de mens direct tot werken aanzet. Na oplossing, verdunning en schudden blijft de kwaliteit van de stof behouden en werkt krachtiger op een meer verfijnd niveau door, nauw aansluitend bij het natuurlijk herstelvermogen van de mens.
Geen mens hetzelfde
Ieder mens is een uniek wezen. Een verstoring in de energie en daarmee ook ziekte wordt door iedere mens anders ervaren. Om mensen effectief te kunnen genezen zijn duizenden stoffen grondig door homeopaten onderzocht op de verstoringen die ze teweeg kunnen brengen in de gezonde mens. Deze onderzoeken en de grote ervaring, opgedaan in het werken met patiënten, zijn uitgebreid opgetekend in de Materia Medica van de homeopathische geneeskunde.
Kinderen en homeopatie
Ieder kind heeft wel eens wat. Uw kind kan steeds verkouden zijn, oorpijn hebben of buikpijn als het uit school komt, moe zijn of intense jeuk hebben. Het kan iets acuuts zijn maar ook iets wat al heel lang speelt. Als ouder willen we graag wat doen. Maar hoe weet u als ouder wat in zo’n situatie nu echt de beste aanpak voor uw kind is?